Dutch-English glossary

Here’s the Dutch-English glossary in a table format:

Dutch English
aan to, on, at
aan bieden to offer
de aandacht attention
aandoen to put on
aangenaam pleased (to meet you)
aangeven to hand
de aangifte application
aan kleden to dress
aankomen to arrive
aannemen to assume
aanpakken to approach, tackle
aan raden to advise
aanstaande coming/next
aansteken to light
aantreffen to come across
aantrekkelijk attractive
aanwijzen to direct
de aardappel potato
de aardbei strawberry
aardig nice
de aardrijkskunde geography
achter behind
achteraan/achterin at the back
achterlaten to leave behind
de achternaam surname
de achtertuin the back garden
actief active
het adres address
de adreswijziging change of address
de advertentie advertisement
het advies advice
de advocaat barrister, lawyer
de afdeling department
afgelopen last (time), finished
afkrijgen to finish (in time)
afleggen to go a distance
afmaken to finish
afronden to wind up
de afspraak appointment
afspreken to arrange
afstempelen to date stamp, validate
afstuderen to graduate
afwassen to wash up
het akkoord agreement
alcoholisch alcoholic
algemeen general
al already
allebei both
alleen only, alone
allemaal all
allerlei all kinds of
alles everything
als if
altijd always
alvast already
zich amuseren to amuse oneself
ander other
anderhalf one and a half
anders otherwise, different
het antiek antique
het antwoord answer
antwoorden to answer
het apparaat apparatus
de appel apple
de appeltaart apple pie
het arbeidsbureau job centre
de arbeidskracht employee
arbeidsongeschikt disabled
arbeidsovereenkomst employment contract
de arbeidsvergunning work permit
de asbak ashtray
de assistent assistant
de automaat vending machine
de avond evening

 

Dutch English
de avondcursus evening class
het avondeten evening meal
de azijn vinegar
de baan job
de badkamer bathroom
de bagage luggage
de balie reception
het balkon balcony
het bankje small bench
de bankmedewerker bank employee
de basisschool primary school
beantwoorden to answer
bedankt thanks
bedoelen to mean
het bedrijf company
het been leg
het beestje small animal
het beetje bit
de begane grond ground floor
beginnen to start
begrijpen to understand
behalve unless, apart from
behoren to belong
beide both
bekend well known
bekijken to look at, consider
belangrijk important
de belasting tax
beleefd polite
belegen mature (as in cheese)
het beleid policy
bellen to phone
beloven to promise
beneden downstairs, beneath
beoordelen to judge
bereid prepared
het beroep profession
de beslissing decision
besluiten to decide
besmettelijk infectious
het bestaan existence
besteden to spend
bestellen to order
de bestelling the order
bestemd meant/intended
het betaalmiddel the means of payment
betalen to pay
de betekenis the meaning
beter better
betreffen to concern
de beurt turn
de bevolking population
de bewolking clouds
bewolkt cloudy
de bezienswaardigheid tourist attraction
bezig busy
bezoeken to visit
bieden to offer
de biefstuk steak
bij at, by
bijna nearly
de bijverdienste additional income
bijzonder special
binnen inside
binnenkomen to come inside
binnenkort soon
de bioscoop cinema
blauw blue
blij happy, glad
blijken to seem, appear
blijven to stay
de bloeddruk blood pressure
de bloem flower
de bloemenkiosk flower stall
de bloemkool cauliflower
de blokletters capital letters
het boek book
boeken to book
de boodschappen shopping
de boodschappenlijst shopping list
de boom tree
het bord plate, sign
Dutch English
de borrel drink, party
de boter butter
bouwen to build
boven upstairs, above
bovendien besides
bovenop on top, above
de bovenwoning upstairs flat
bmnden to burn
brengen to bring
het briefje note
de broek trousers
het brood bread
het broodje roll
bruin brown
de buik stomach
de buikpijn stomach ache
buiten outside
het buitenland foreign country
de bult bump
de bureauchef manager
de buschauffeur bus driver
de bushalte bus stop
het bushokje bus shelter
de buur neighbour
de buurman neighbour (male)
de buurt local area
het buurthuis community centre
de carrière career
de cassière check-out girl
het centrum centre
het cijfer mark, number
de collega colleague
comfortabel comfortable
compleet complete
het computerprogramma computer program
het concert concert
contact contact
de cursus course
daar there
daardoor because of
daarentegen however
daarna after that
daarom because of
de dag day
de dagtaak daily work
de damesmode ladies’ fashion
dan then
danken to thank
dankzij thanks to
dat that
het deel part
deelnemen to take part
de deken blanket
denken to think
dergelijk similar
deze these, this
dezelfde same
dicht close, closed
dichtbij close by
de dienst service
de dierentuin zoo
dik fat
het ding thing
direct direct
dit this
de dochter daughter
het doel aim, object, goal
doen to do
de dokter doctor
dol op keen on, wild about
de donateur donor
donker dark
dood dead
door through
doorbrengen to spend (time)
doorhalen delete
doorlezen to read through
doorlopen to walk on
doorverbinden to connect (telephone)
doorverwijzen to refer to
doorzetten to persevere
de doos box

 

Dutch English
dmaien to show (a film)
dmgen to carry, wear
de dmnk drink
drinken to drink
droog dry
druk busy
het dubbeltje 10-cent coin
het duin dune
de duizeligheid dizziness
duren to last
durven to dare
dus so
duur expensive
echt really
de economie economy, economics
economisch economical
een a, an
eens once
eenzaam lonely
eerder before
eergisteren the day before yesterday
de eeuw century
het ei egg
eigen own
eigenlijk actually
het eind end, fair distance
eindelijk finally
het eindexamen final exam
de eis requirement
elektrisch electric
elkaar one another
en and
enig some, lovely
het enkeltje single (ticket)
enorm huge
de enquête survey
enzovoort and so on
erg very, bad
ergens somewhere
erkennen to recognize, admit
de ervaring experience
de etage flat
eten to eat
de etenswaren food
het etentje dinner (party)
Europees European
exact exact
het examen exam
exclusief exclusive
het feest party
het feit fact
de fiets bicycle
fietsen to cycle
de fietsenstalling bicycle shed
de fietstocht cycle ride, trip
fijn nice
de film film
financieel financially
het flensje pancake
de fles bottle
de foto photograph
fotograferen to take photographs
de framboos raspberry
de functie position
gaan to go
de gast guest
het gat hole
gauw quick
gebakken fried, roast
gebeuren to happen
het gebied area
de geboortedatum date of birth
geboren worden to be born
het gebouw building
het gebruik use, usage
gebruiken to use
de gedachte thought
geel yellow
geen not a…, none
het gegeven detail
het geheim secret
geïnteresseerd interested
Dutch English
gek crazy, mad
de geldzaak money matter
geleden ago
de gelegenheid occasion, possibility
de geleidehond guide dog
geliefd popular
gelijk right, same
geloven to believe
gelukkig happy
de gemeenschap community, society
de gemeente municipality, council
het gemeentehuis the council offices
genieten to enjoy
genoeg enough
gepensioneerd retired
gepubliceerd published
het gerecht dish
gescheiden divorced
de geschiedenis history
geschikt suitable
gesloten closed
het gesprek conversation, dialogue
het geval case
de gevangenis prison
geven to give
het gewicht weight
gewoon usual, normal
het gezang singing
gezellig cosy
het gezicht sight, face
gezond healthy
de gids guide (book)
gisteren yesterday
het glas glass
goed good
goedemiddag good afternoon
goedemorgen good morning
goedenavond good evening
goedkoop cheap
de graad degree
graag please
de gracht canal
de griep influenza (flu)
grijs grey
de groei growth
groen green
de groente vegetables
de groenteboer greengrocer
de groentesoep vegetable soup
de groentewinkel greengrocers
de groep group
de grond ground
groot big
de gulden guilder
gunstig favourably
het haar hair
de haard open fire
haasten to hurry
de hak heel (of shoe)
de hal hallway
halen to fetch
hallo hello
de hals neck
de handel trade
de handschoen glove
hangen to hang
het hapje snack
de haring herring
hartelijk affectionate, warm
hebben to have
heden presently, now
heel very
heerlijk wonderful
heet hot
het heimwee homesickness
helaas unfortunately
heleboel a lot
helemaal completely
de helft half
helpen to help
het hemd shirt
het hemelbed four-poster bed
de herenkleding men’s fashion
Dutch English
de herfst autumn
herhalen to repeat
herinneren to remember
herkennen to recognize
het it, the
heten to be called
hetzelfde same
heus really
hier here
hij he
historisch historic
de hoek corner
hoesten to cough
hoeveel how much, how many
hoeven not having to
hoewel although
de hond dog
honger hunger
het hoofd head
het hoofdgerecht main dish
het hoofdkantoor head office
de hoofdpijn headache
de hoofdstad capital city
hoog high
het hoogseizoen peak season
horen to hear, belong (to)
de hotelkamer hotel room
de hotelreservering hotel booking
houden to keep
het huis house
de huisarts general practitioner
hun their, them
huren to rent
de huur rent
het idee idea
ieder every
iedereen everyone
iemand someone
iets something
het ijs ice, ice-cream
immers after all
in in
inclusief inclusive
inderdaad indeed
de industrie industry
ineens suddenly
de informatie information
informeren to inform
de ingang entrance
het initiatief initiative
de inlichting information
de instantie authority
interessant interesting
zich interesseren to be interested
de introductie introduction
invullen to fill in
het jaar year
het jaarverslag annual report
jammer pity (wat jammer = what a pity)
jarig celebrating a birthday
de jas coat
jazeker certainly
de jeugd youth
jeuken to itch
jij you
jong young
de jongen boy
jou you
jouw your
juist right, just, exactly
jullie you (plural)
de jurk dress
de kaars candle
de kaart map, card
het kaartje ticket, small map
de kaas cheese
de kaaswinkel cheese shop
de kabeljauw cod
de kalender calendar
de kalfslever calf’s liver
de kamer room
het kammetje small comb
Dutch English
de kans chance
de kant side
het kantoor office
de kapstok coat hooks
de kassa cash desk
de kast cupboard
de kat cat
de keelontsteking throat infection
de keelpijn sore throat
de keer time, turn
de kelder cellar
het kenmerk characteristic
de kennis acquaintance, knowledge
de kennismaking getting to know (someone)
kennen to know
keren to turn
de kerk church
de ketjap soy sauce
de keuken kitchen
de keukenkast kitchen cupboard
de kies tooth
de kiespijn toothache
kiezen to choose
kijken to look
de/het kilogram kilogram
het kind child
het kindergerecht children’s menu
de kinderjaren childhood
de kindermode children’s fashion
de kindertijd days of one’s youth
de kip chicken
klaar finished, ready
klaarmaken to finish, prepare (for)
de klacht complaint
de klant customer, client
klassiek classical
kleden to dress
klein small, little
het klein geld small change
de kledingzaak fashion shop
de kleur colour
de kleuterschool nursery school
de klok clock
kloppen to knock
dat klopt that’s right
knippen to cut
het knuffelbeest cuddly toy
de koffie coffee
het kolbert men’s jacket
komen to come
de koning king
de koningin queen
de conversatie conversation
de kool cabbage
de koopavond late-night shopping
de koopwoning house (owner-occupied)
de koorts fever
de kop head, cup
kopen to buy
het kopje cup
het korfbal basketball
kort short
de korting discount
de kost cost
kosten to cost
koud cold
de krant newspaper
de krantenkiosk newspaper stand
krijgen to get
de kruidenier grocer’s
het kruispunt crossroads
kuchen to cough
kunnen to be able
de kunst art
de kust coast
kwaad angry, cross
het kwart quarter, a fourth
het kwartiertje quarter of an hour
het kwartje 25-cent coin
laag low
laat late
het lamsvlees lamb (meat)
het land country
Dutch English
lang long
langdurig lengthy
langs along
langskomen to visit, pop in
langzaam slow, slowly
laten to let, have something done
de leeftijd age, era
leeg empty
de leestekst reading text
leggen to put
lekker nice
lelijk ugly
lenen to borrow
de lente spring (season)
de leraar teacher
leren to learn
de les lesson
lesgeven to teach
letterkunde literature
leuk nice
leunen to lean
leven to live
lezen to read
de lezer reader
licht light
het lidmaatschap membership
de lidstaat member state
liever preferably, rather
liggen to lie
de ligging position (geographically)
lijken to seem, appear, look like
de lijn line, dieting
de linkerhand left hand
de linkerkant left-hand side
linksaf to the left
de liter litre
het loket ticket office
lokettist booking-clerk
de long lung
de longontsteking pneumonia
lopen to walk
de lucifer match(es)
luisteren to listen
lunchen to have lunch
luxe luxury
de maag stomach
de maagpijn stomachache
de maaltijd meal
de maand month
maar but
de maat size, measure
mager thin
maken to make
makkelijk easy
de maan moon
de man man
de manier manner
de markt market
het marktonderzoek market research
matig moderate
mede also
de medewerker employee
het medicijn medicine
meebrengen to bring along
meegaan to go along
meekomen to come along
meemaken to experience
meenemen to take along
meer more
de meerderheid majority
meest most
meestal mostly
het meisje girl
de melk milk
de meneer gentleman, Mr, sir
menig many, many a
het mens person (plural: people)
de menukaart menu
met with
meteen straight away
Dutch English
mevrouw madam, Mrs
de middag afternoon
middelbaar middle, intermediate
het midden middle
mij me
mijn my
minder less
minimaal minimal
het minst least
minstens at least
de minuut minute
misschien maybe
misselijk sick
modern modern
moe tired
de moeder mother
de moedertaal mother tongue
moeilijk difficult
moeten to have to, must
mogelijk possible/possibly
de mogelijkheid possibility
mogen to be allowed to, may
het moment moment
de mond mouth
monetair monetary
mooi beautiful
morgen tomorrow
morgenavond tomorrow evening
de mouw sleeve
de munt coin
het museum museum
de muts cap, hat
de muziek music
na after
de naam name
naar to
naartoe to
naast next
de nacht night
nadat after
het nadeel disadvantage
nadenken to think (about)
het nagerecht dessert
het najaar autumn (season)
namelijk namely
nationaal national
de nationaliteit nationality
het natuurijs natural ice
natuurlijk naturally, of course
de natuurvoeding health foods
nauw narrow, close
nauwelijks hardly
nee no
neerzetten to put down
nemen to take
nergens nowhere
het netwerk network
niemand nobody
niet not
niets nothing
nietwaar is(n’t) it?, haven’t you?
nieuw new
nieuwsgierig curious
nodig necessary
nog yet
nooit never
noord north
nou well, now
nul zero
het nummer number
de ober waiter
de ochtend morning
de oefening exercise
het ogenblik moment
de olie oil
omdat because
de omgeving environment, local area
ommezijde overleaf
omroepbijdrage TV licence
onaardig unkind, not very nice
Dutch English
onafhankelijk independent
onder under
onderstaand below
het onderwijs education
de onderwijzer teacher
het onderzoek research
het ongeluk accident
ongeveer approximately
onhandig clumsy
ons our
het ontbijt breakfast
ontevreden not satisfied
ontmoeten to meet
ontspannen to relax
ontvangen to receive
de onvoldoende failure (exam)
het onweer thunderstorm
het onweert there’s a thunderstorm
het oog eye
ooit ever
ook also
het oor ear
de oorlog war
de oorontsteking ear infection
de oorpijn earache
opbellen to phone
opbouwen to build up
opeenvolgend successive
openbaar public
openen to open
opeten to eat (up)
opfleuren to brighten (up)
ophalen to pick up
ophangen to hang (up)
de opklaring sunny spells
opleiden to educate
de opleiding schooling, training
de oplossing solution
de oppervlakte surface (area)
opstaan to get up
opstellen to set up
opzoeken to look up
de oranje orange
oud old
de ouder parent
de OV-chipkaart electronic ticket for public transport
over over
overal everywhere
het overhemd shirt
overkant other side
overmorgen day after tomorrow
overstappen to change (trains, buses)
overtuigen to convince
paar pair, few
paars purple
het pak suit, pack (age)
de pannenkoek pancake
het pannenkoekenhuis pancake restaurant
de pantalon trousers
de paraplu umbrella
de pasfoto passport photo
het pasje identity card
de paskamer fitting room
passen to fit
de patat chips
het perron platform
het personeel personnel, staff
de personeelsafdeling personnel department
de personeelschef personnel manager
persoonlijk personal, personally
de pijn pain, ache
de pijp pipe
de, het pils lager
de plaats place
plaatsen to place
plaatsvinden to take place
de plattegrond map, ground plan
het plezier pleasure
de plooi pleat
plotseling suddenly
Dutch English
de poes cat
de politie police
het politiebureau police station
de positie position
het postkantoor post office
de postzegel stamp
praten to talk
precies precise, precisely
de premie premium
presteren to achieve
prettig pleasant, nice
de prijs price
privé private
proberen to try
het probleem problem
proeven to taste
profiteren to profit (from, by)
de promotie promotion
de provincie province
het prul trash
de raad council, advice
het raam window
raar strange
de rand edge
reageren to react, respond
het recept recipe, prescription
recht straight
rechtdoor straight, ahead
de rechterhand (on your) right-hand side
de rechterkant right-hand side
rechts (to the) right
rechtsaf (to the) right
de reclame advertising
redelijk reasonable, reasonably
de reden reason
de regel rule
regelen to arrange
regelmatig regularly
de regen rain
regenachtig rainy
de regenbui rain (shower)
regenen to rain
de regenjas raincoat
de regering government
het regeringsbeleid government policy
de reis trip
het reisbureau travel agent
de reischeque travellers’ cheque
de reisverzekering travel insurance
reizen to travel
rennen to run
repareren to repair
reservatie reservation, booking
reserveren to reserve, book
reservering reservation, booking
de restauratie restaurant (at a station)
het retour return
riant spacious
richten to direct
rijden to ride, drive
de rijksoverheid central government
de rijksuniversiteit state university
de rijst rice
het rijtuig carriage
het risico risk
robuust robust
roepen to call
de rok skirt
roken to smoke
de roltrap escalator
rond round, around
rondkijken to look around
de rondreis tour
de rondvaart boat trip (round trip)
rood red
rot rotten, nasty
de röntgenfoto X-ray
ruim spacious, ample
het rundergehakt minced beef
het rundvlees beef
rustig quiet
de ruzie argument
Dutch English
het salaris salary
samen together
samenwerken to cooperate
de samenwerking cooperation
de saus sauce
de schaakclub chess club
schaatsen to skate
schaken to play chess
schakering gradation, shade (of colour)
zich schamen to be embarrassed
scheiden to divorce
de schelvis haddock
schijnen to seem, appear, shine (the sun)
de schilder painter
schilderen to paint
het schilderij painting
schitterend brilliant
de schoen shoe
de schoenenwinkel shoe shop
de schol plaice
de school school
schoon clean
schoonmaken to clean
schriftelijk written
schrijven to write
schrobben to scrub
de secretaresse secretary
sfeervol atmospheric
de sinaasappel orange
het sinaasappelsap orange juice
sinds since
de sla lettuce
de slaapkamer bedroom
slagen to pass (exam)
de slager butcher
slapen to sleep
slecht bad
slechts only
de sleutel key
sluiten to close
de smaak taste
smal narrow
snappen to understand
sneeuwen to snow
snel quick
snijden to cut
sociaal social
de soep soup
soepel supple, flexible
de sollicitant applicant
de sollicitatie job application
solliciteren to apply for a job
sommige some
soms sometimes
het souterrain basement
de spaarpot piggy bank
sparen to save (money)
speciaal special, especially
de spek bacon
spelen to play
de sperzieboon green bean
de spijkerbroek jeans
de spijt regret
het spitsuur rush hour
spoed haste, rush
het sportcentrum sports centre
sporten to do sport, take exercise
sportief sporty
de spreekkamer surgery
spreken to speak
het spul gear, things
staal steel
staan to stand, be
stabiel stable
de stad city, town
het stadhuis town hall
sterk strong
sterven to die
steunen to support
stevig sturdy
stil quiet
de stoel chair
Dutch English
het stokbrood French bread
het stoplicht traffic lights
stoppen to stop
storten to deposit (money)
de straat street
de straf punishment
straffen to punish
strak tight
straks soon, later
streven to strive
de strippenkaart bus/tram ticket
strooien to sprinkle
de stropdas tie
studeren to study
de studierichting discipline, subject (study)
de studietijd years of study
de stuiver 5-cent coin
het stuk piece
sturen to send
de suiker sugar
de supermarkt supermarket
de taal language
de tabel chart, table
de tafel table
de taille waist
de talenkennis knowledge of languages
talentvol talented
tamelijk reasonably, fairly
de tand tooth
de tas bag
technisch technical
tegen against
tegenover across, opposite
tegenwoordig nowadays, present
tekenen to draw, sign
de tekening drawing
de tekst text
telefonisch by telephone
de telefoon telephone
de telefooncel telephone box
de televisie television
de temperatuur temperature
tennissen to play tennis
tenslotte finally
de tentoonstelling exhibition
terecht (at) the right place, rightly
het terras patio, street, café
terug back, again
terugbellen to phone back
terugkeren to return
terwijl while
tevreden satisfied
het theater theatre
thuis at home
het tientje 10-euro note
de tijd time
tijdelijk temporary
tijdens during
het tijdschrift magazine
toch nevertheless, still, yet
de tocht tour
toekomen (aan) to get round to
de toelichting explanation
toestaan to allow
toen then, when
toenemen to increase
de toepassing application
de toerist tourist
het toestel extension, apparatus
het toetje dessert
de tomaat tomato
het toneelstuk play
tot until, to, as far as
totaal total, totally
totdat until
de trein train
trouwen to marry
trouwens besides, anyway
Dutch English
de trui pullover, jumper
de tuin garden
tussen in between
de twijfel doubt
uit out
uiteindelijk finally, ultimate
de uitgang exit
uitkijken to look out
uitnodigen to invite
uitoefenen to practise
uitproberen to try out
uitrusten to rest
de uitslag result, rash
uitsluiten to exclude
uitstekend excellent
uitstralen to radiate
uittypen to type out
het uitzendbureau job centre
de universiteit university
het uur hour
vaak often
de vacature vacancy
de vader father
het vak subject, profession
de vakantie holiday
de vakopleiding vocational training
vallen to fall, drop
van of, from
vanaf from
vandaag today
vanzelf automatically
het varkensvlees pork
vast definite, for certain, for the time being
veel many
de vegetarier vegetarian
vegetarisch vegetarian
veilig safe
de veiligheid safety
verval decay
zich verbazen to be amazed
verbeteren to improve
verblijfplaats dwelling
verblijven to stay
verbouwen to renovate
verdelen to divide
verdienen to earn
het verdrag treaty
vereist required
verenigd united
de vergadering meeting
vergeten to forget
zich vergissen to be mistaken
het verhaal story
verhuizen to move house
het verkeer traffic
verkeerd wrong
verkopen to sell
de verkoper salesman
zich verkouden to have a cold
verliezen to lose
zich vermaken to enjoy oneself
vermelden to mention
vermist missing
vermoeiend tiring
de verpleegster nurse
verplicht obligatory
verschillend different
het verslag report
verstaan to understand
verstandig sensible
versterken to strengthen
vertellen to tell
vertrekken to leave
zich vervelen to be bored
vervelend annoying
het vervoer transport
verwachten to expect
verwachting forecast, expectation
verwijzen to refer
verzamelen to collect
de verzekering insurance
verzilveren to cash
Dutch English
verzoeken to request
verzorgend caring
de vestigingsplaats place of business
het vestje cardigan, waistcoat
vierkant square
vinden to find
de vis fish
vlakbij close by
het vlees meat
vliegen to fly
het vliegtuig plane
vloeiend fluent
de vlucht flight
zich voelen to feel
de voet foot
de voetbal football
de voetbalclub football club
voetballen to play football
vol full
voldoende sufficient, pass (exam)
volgeboekt booked up
volgen to follow
volgend next
volgens according to
het volleybal volleyball
voluit in full
volwassen adult
voor for, before
vooraan at the front
vooral especially
het voorbeeld example
voorbereiden to prepare
voorbij past, by
voordat before
het voordeel advantage
voordelig inexpensive
het voorgerecht starter, hors d’oeuvre
het voorhoofd forehead
het voorjaar spring
voornaam first name
het voorstel proposal
voorstellen to propose
de voorstelling show
voorzien to anticipate
de voorziening provision
vorig last
de vraag question
het vraaggesprek interview
vragen to ask
vreemd strange
de vriend friend (male)
de vriendin friend (female)
vriezen to freeze
vrij free, quite, rather
het vrijhandelsgebied free-trade zone
vroeg early
vroeger previous, in the past
de vrouw woman
vullen to fill
waaien to blow (wind)
waar where
waarom why
waarover what about
waarschuwen to warn
waarvoor what for
wachten to wait
de wafel waffle
wandelen to walk
wanneer when
het warenhuis department store
warm warm
wassen to wash
wat what
de waterpokken chickenpox
de week week
het weer weather
de weerkaart weather map
de weersverwachting weather forecast
de weg way, road
weggaan to go away
Dutch English
de wegwijzer signpost
wegzetten to put away
weigeren to refuse
weinig little, not much
wel well, quite
welk which, what
de welvaart prosperity
wennen to get used to
de wens wish, desire
wenselijk desirable
de wereld world
de wereldoorlog world war
het werk work
werken to work
de werkervaring work experience
de werkgever employer
de werknemer employee
de werkloosheid unemployment
de werksfeer work climate
het werkstuk project
weten to know, manage
wetenschappelijk scientific
wie who
wij we
de wijkvereniging residents’ association
de wijn wine
willen to want
de winkel shop
het winkelcentrum shopping centre
het winkelmandje shopping basket
het winkelwagentje shopping trolley
winnen to win
de winterjas winter coat
de wiskunde mathematics
wisselen to change
het wisselgeld (small) change
het wisselkantoor bureau de change
wit white
wonen to live
de woning house, flat
de woonkamer living room
de woonplaats dwelling
de woonvergunning resident’s permit
het woord word
de woordvolgorde word order
worden to become
de zaak business
zacht soft
de zakenrelatie business relationship
de zakenwereld business world
zakken to fail (exam)
de zee sea
zeer very, ache
zeggen to say
zeker certain, certainly
zekerheid certainty
zelf self
zelfstandigheid independence
de zelfstudie self-access study
zetten to set, put
zich oneself
ziek ill
het ziekenhuis hospital
de ziektekostenverzekering health insurance
zien to see
zij she, they
zijn to be
de zin sense
de zinswending phrase, turn of speech
zitten to sit, be
Dutch English
zoals such as
zodat so that
zodra as soon as
zoeken to look for
zoet sweet
zogenaamd so called
zoiets something like
de zomer summer
de zon sun
zonder without
de zool sole
de zoon son
zorgen to take care (of, for)
zout salt, salty
zoveel so much, so many
zowel both, as well as
zo’n such (a)
het zuivel dairy produce
zullen shall, will
zuur sour
zwaar heavy
zwart black
Scroll to Top