test quiz code
Dutch Verb Conjugation – Hebben Test your Dutch “Potato” in Dutch de wortel de aardappel de ui “Apple” in Dutch […]
Dutch Verb Conjugation – Hebben Test your Dutch “Potato” in Dutch de wortel de aardappel de ui “Apple” in Dutch […]
Dutch Verb Conjugation – Hebben Test your Dutch “potato” in Dutch de wortel de aardappel de ui Check Answers
Plural Forms in Dutch In Dutch, most plural nouns take one of two endings: -en or -s. While some words
Dutch Verb Conjugation – Hebben VERB KRIJGEN (TO GET) Present Past Future IkI krijg kreeg zalkrijgen JijYou (informal) krijgt kreeg
Dutch Verb Conjugation – Hebben VERB ZEGGEN (TO SAY) Present Past Future IkI zeg zei zalzeggen JijYou (informal) zegt zei
Dutch Verb Conjugation – Hebben VERB ZIJN (TO BE) Present Past Future IkI ben was zalzijn JijYou (informal) bent was
Learn Dutch – Quiz VERB DOEN (TO DO) Present Past Future IkI doe deed zaldoen JijYou (informal) doet deed zult/zaldoen
Dutch Verb Conjugation – Hebben VERB HEBBEN ( TO HAVE ) Present Past Future IkI heb had zalhebben JijYou (informal)
de kat cat de katten het konijn rabbit de konijnen de kameel camel de kamelen de kip chicken de kippen